Er zijn geen resultaten gevonden die voldoen aan uw zoekopdracht. Probeer het a.u.b. opnieuw.
Deze maand komt de update van Léonie van der Geest, die eind van dit jaar vertrekt bij BplusC en dus ook afscheid neemt als lid en voorzitter van de ondernemingsraad.
Net als in de digitale personeelsbijeenkomst ging het in onze OR-vergadering van december, de laatste die ik mocht voorzitten, natuurlijk over de ontwikkelingen rondom huisvesting en de nieuwe UVOK met de gemeente Leiden. Wij ontvingen daarnaast – vertrouwelijk – het meerjarenplan voor de periode 2022-2025. Onze vragen en opmerkingen bespreken we met de Raad van Bestuur op donderdag 23 december.
Huisvesting speelt ook een rol in de gesprekken over thuiswerkbeleid. Voor de Raad van Bestuur zijn besluiten over structureel thuiswerken afhankelijk van meer duidelijkheid over de toekomstige huisvesting van BplusC en de mogelijke financiële consequenties.
De Ondernemingsraad wil daar liever niet op wachten, omdat er ook in de huidige lockdown(s) behoefte is aan duidelijke kaders. Ons voorstel is een dynamisch document, dat steeds kan worden aangepast aan nieuwe ontwikkelingen. Het gaat ook over meer dan alleen geld; over flexibele werktijden bijvoorbeeld, over telefonische bereikbaarheid, communicatie, werk-privébalans etc.
In de nieuwe cao’s OB en KE, die begin 2022 worden verwacht, zal het onderwerp waarschijnlijk ook terugkomen. Daarom hebben we met de Raad van Bestuur afgesproken deze cao-bepalingen af te wachten en het thuiswerkbeleid in februari weer te agenderen.
Bij hoge uitzondering kwam de Ondernemingsraad deze maand ook weer eens fysiek bijeen. OR-kenner Dirk Koops heeft ons in twee ochtenden uitgelegd wat de Ondernemingsraad precies is, doet, mag en kan (volgens de Wet op de Ondernemingsraden) en hoe je “het spel” vervolgens zo goed mogelijk speelt. Zowel de nieuwe leden (Rijk Jansen en Martien de Kam) als de “oude OR” vonden de trainingen informatief en inspirerend. Ook een aantal potentiële kandidaten voor de Ondernemingsraad heeft de training bijgewoond en zo een beter beeld gekregen van een mogelijk OR-lidmaatschap.
Want met mijn afscheid van BplusC ontstaat er in de Ondernemingsraad weer een vacature, vanuit Evenementen & Communicatie/Staf. Eerder al kwam de zetel van Innovatie & Onderwijs vrij (door het vertrek van Vivian Treurniet) en ook de Klantenservice wacht al langer op een tweede afgevaardigde (naast Bas van Emmerik). We hebben gelukkig versterking gekregen in de vorm van een derde L&C’er, maar uiteindelijk is het voor de Ondernemingsraad het beste als elke afdeling (voldoende) vertegenwoordigd is. Niet omdat je alleen opkomt voor je eigen afdeling – je bent juist OR-lid namens álle collega’s – maar omdat je natuurlijk wel meer kennis hebt van de onderwerpen die jouw directe collega’s raken.
Ik kan na twee jaar zeggen dat OR-werk heel interessant en leerzaam is. Je leert veel over de organisatie en allerlei bedrijfsprocessen, maar ook over jezelf. Waar ben je goed in, welke rol vervul je binnen een groep? Hoe kun je het beste met anderen samenwerken, hoe ga je om met meningsverschillen? En hoe zet je de stap van “klagen” naar ook echt iets bereiken, ook al is daar een lange adem voor nodig? Dat is waardevolle kennis en ervaring die ik meeneem in de rest van mijn leven en carrière.
Zou je je willen inzetten voor de OR, maar heb je geen idee hoe je dat met je huidige takenpakket moet combineren? Praat er eens over met je leidinggevende, hoe jullie dat zouden kunnen oplossen. Het is in ieders belang dat BplusC een sterke, representatieve ondernemingsraad heeft.
Tot slot wil ik graag alle OR-leden bedanken voor de samenwerking, de gezelligheid en alle steun. Met speciale dank aan Pepijn Uitterhoeve die het vicevoorzitterschap, dat geen loze titel bleek te zijn, voortreffelijk heeft opgepakt.